Een gedachte-experiment: zet de leden van
Coldplay, de
Doves,
Muse en
Travis bij elkaar in één ruimte en hussel het een beetje door elkaar (hoeft eigenlijk niet eens). Zou er iemand zijn die de betreffende bands weer bij elkaar kan zoeken? Sterker nog, zullen aan het eind van dit kleine experiment de bandleden elkaar nog wel kunnen vinden? Mijn punt is dat er de laatste tijd nogal een overdaad is aan beschaafde, goedgemanierde maar in feite in en in saaie en totaal uitstralingsloze gitaarpop, vooral vanuit Groot-Brittannië.
Het zijn van die normale jongens gebleven is géén positieve eigenschap voor een rock'n'roll band en gelukkig heeft
King Adora - zoals gisteravond te zien in de
Cavern in Exeter - dat in ieder geval begrepen. Muzikaal zowel als uiterlijk is het niets nieuws onder de zon - hier wordt op beide fronten teruggegrepen op bands als
These Animal Men en vooral de begindagen van de
Manics (onderweg naar huis heb ik de hele tijd Motown Junk lopen fluiten) - maar
King Adora brengt het met zoveel stijl en enthousiasme dat je binnen het huidige muzikale klimaat best van een
breath of fresh air kunt spreken. Blikvanger is, zoals dat hoort, de zanger/gitarist die de
Is Het Nou 'N Man Of 'N Vrouw-troefkaart op overtuigende wijze speelt. Brian
Placebo is een uit de kluiten gewassen bouwvakker in vergelijking met deze kruising tussen
junkie chique en de meest platvoerse Jordaanese (als: uit de Amsterdamse Jordaan dus) marktkoopvrouw die je je kunt voorstellen, inclusief uitgelopen rooie kleurspoeling en doorzichtige
duster. Het gevaar van
style over content ligt op de loer maar
King Adora lijkt zich daar niet bepaald druk over te maken. Helaas is de hele band zo ziek als een hond en klinkt de zanger allesbehalve zo sexy als dit soort glampunkpop vereist en verschiet de band al vroeg al z'n kruid door in de eerste 4 á 5 songs meteen al de
hits -
Big Isn't Beatiful,
Scream And Shout en geweldige nieuwe single
Smoulder - er doorheen te jagen. Desalniettemin een tippertje voor de volgende editie van London Calling, als ik zo vrij mag zijn. Er waren verder twee voorprogramma's: de boze grungepunk van
Miffy kwam rechtstreeks uit de oefenruimte. Alsof oudbakken metalriffs, een hoop leeg geschreeuw en twee zangers die nog geen toon zouden kunnen houden als het via staalkabels aan hun enkels werd vastgebonden als combinatie nog niet erg genoeg was, was het dus ook nog eens verschrikkelijk rommelig. Ze openden met een cover van
Britney's Oops... I Did It Again.
Crackout was een stuk professioneler - volgens mij het vaste voorprogramma van
King Adora deze toer - maar da's ook niet alles, hoor: drie frisgewassen jongemannen met een paar handen vol bordkartonnen imitaties van aanstekelijke punkpopsongs.
En op 5 oktober krijgen we onze eerste aanrijding: Bettie Serveert is op toer door Amerika met - uurgh, gadver, bah - Live en de Counting Crows en houdt voor de VPRO een dagboek bij.
Doe de razend ingewikkelde wiskunde quiz bij Twisted Nerve - het label bekend van Alfie en Badly Drawn Boy - en maak kans op Dakota Oak stuff.
Steve Lamacq Hit Van Het Moment: Hairy Diamond met Given Up. Een soort van Shirley Bassey met een hiphop-beat maar wel, zeg maar, smaakvol, geen Fatboy Slim-achtige noveltydeuntje. Verschijnt volgende week. Geen idee op welk label.
Oh, en de nieuwe single van PJ Harvey klinkt precies als Patti Smith.
now playing: John Peel op Radio1 (met nu een van z'n legendarische
Ik Weet Niet Of-ie Op 33 Of Op 45 Toeren Moet-plaatjes; zie ook de
John Peel Sweet Eating Game)