Mensen met digitale camera's bij concerten, kunnen we daar niet eens wat tegen doen? Toen ik eerder dit weekend vooraan bij de Ekko stond moest ik over twee rijen malloten met zwarte en zilveren doosjes voor hun gezicht kijken om iets van
Jens Lekman te kunnen zien. En ze kunnen toch niet allemáál van de lokale 3voor12 zijn, toch? Nou is concertfotografie sowieso een zwaar overgewaardeerd genre. Live-foto's zien er, zeker vanaf de eerste rij, altíjd hetzelfde uit; maakt niet uit welke artiest erop staat en al helemaal niet wie de foto maakt. Zwarte achtergrond, een in paars uitgelichte microfoonstandaard, vrij uitzicht op de neusgaten van de zanger en, als het écht een gezellig concert is geweest, een paar sliertjes rook. (Overigens heb ik niets tegen mensen die, achter bij de bar, met een biertje in de ene hand met de andere met hun camerafoon een overzichtsfoto van de lichtshow proberen te maken, ter herinnering; die zijn schattig.) Dat foto's maken van live-concerten een zinloze bezigheid zijn is nog tot daar aan toe. Het échte probleem is natuurlijk dat het een bezigheid is die anderen tot overlast is. Visueel, bijvoorbeeld, is die zee aan gekleurde schermpjes waar je vanachter uit de zaal tegenaankijkt allesbehalve aangenaam te noemen en dan hadden we deze keer nog het geluk dat niemand flits gebruikte of, erger, die vage rooie gloed die sommige fototoestellen menen te moeten uitstralen. En die krengen maken ook nog eens geluid als je op het knopje drukt. Elke keer als Jens een van z'n mooie, lieve, akoestische liedjes zónder versterking speelde werd hij bijkans overstemd door een koor van geklik en gezoem. Allemaal om precies dezelfde foto te maken. Natuurlijk, mensen die bij thuiskomst na afloop van een concert meteen achter de computer kruipen om een venijnig verslagje voor op hun website te schrijven in de waanveronderstelling dat iemand daar op zit te wachten, zijn ook verschrikkelijk sneu, maar daar heb je als overige concertbezoeker tenminste geen last van.