27.9.05 - (0)


Geen euforische ontlading of bloedende oren toen ik na bijna drie dagen relatieve stilte gisteravond iets over achten m'n eerste plaatje instartte op de radio. Was wel blij dat ik van de gelegenheid gebruik kon maken wat ontdekkingen van de afgelopen dagen live, in de uitzending te checken: zo heeft de me vanaf het podium al diverse keren van m'n sokken geblazen Elle Bandita een nieuwe site die behalve godsgruwelijk traag is gelukkig ook twee mpdrietjes bevat. Het willekeurig uitgekozen Aloha bleek een hít. Beetje jammer van dat tikkeltje brave orgeltje dat er doorheen zit, maar voor de rest kunnen we hier fijn het etiket De Vrouwelijke en Rotterdamse Andrew WK op plakken. Via Stuck In A Day - die net een compilatie-album vól liedjes over gebroken harten hebben uitgebracht - stuitte ik op Varial. Geïntrigeerd door het feit dat het hier een pianopopcombo bestaande uit 4 vijftien jarige meisje betreft die ooit een bandje begonnen om op een culturele avond op school met een cover van Limp Bizkit te spelen gooi ik dat dan ook maar zonder uitgebreide voorbeluistering de ether in. Sunday is niet de perfecte popsong, maar wel leuk, rammelend, naief en vrolijk en maakt nieuwsgierig naar waar Varial nog meer mee op de proppen gaat komen.

Ná de uitzending in een moeite door naar de Bitterzoet waar het overduidelijk maandagavond - want erg rustig - is. De Sykosonics spelen zoals gebruikelijk een fijne partij puntige popsongs in de beste begin-jaren-negentig-traditie (Elastica, Pixies etc). De nieuwe nummers van hun eind volgende maand te verschijnen tweede plaat lijken soms iets donkerder dan het oudere werk, maar het drietal is absoluut niet vergeten hoe je een aanstekelijk melodietje schrijft. Harry Merry is een fenomeen. Met een heus jaren zeventig bloempotkapsel en gekleed in een witte matrozenoutfit creëert hij in z'n eentje, zichzelf begeleidend op z'n synthesizer, onnavolgbare progpopsongs vol veel te ingewikkelde maar eigenlijk ook prachtige melodische wendingen en onverwachte synthesizerdrumbreaks. De term outsider music, dat ook wel gebruikt wordt voor iemand als Daniel Johnston, heeft iets neerbuigends en alhoewel de muziek van Harry Merry gek en grappig is en aan alle kanten niet klopt, is het voor alles unieke, verschrikkelijke leuke en bijzondere muziek. Slotact van de avond is 3-1 die niet onverdienstelijke electrobreakbeatpop maken. Hier en daar een beetje Chemical Brothersesk maar niet vies van bijna gabber-achtige beats of een voorzichtig jungle-ritme en gelukkig wordt het platte popgevoel - ik moet af en toe denken aan Benny Benassi's Satisfaction - ook niet uit het oog verloren. Zwakke schakel is de zanger die hoogstwaarschijnlijk wel eens een plaatje van de Audio Bullys heeft gehoord. Van schrik heeft hij zichzelf ook een plat Engels accent aangemeten, bestaan zijn teksten uit minstens twee fucks per zin en scheldt hij het toch al niet in grote getale aanwezige publiek, in het Engels en met veel gefuck, uit omdat ze niet dansen. Zelfs de zélf meegebrachte danseressen - onder meer met computermonitoren op hun hoofd hun ding doen - weten niet te voorkomen dat dit nogal snel nogal vervelend wordt.


pining for the fjords
hringvegur
instagram
pop muzik
bandcamp
facebook
e-mail
rss

front
job de wit
polderlicht
gert verbeek
toekomst hervonden
i always have a song

blogger statistics