3.8.16 - (0)

Gwenno's Y Dydd Olaf was mijn favoriete album van 2014. Electronische pop ergens tussen, zeg, Broadcast en Roisin Murphy. In het Welsh (en Cornish) voor dat extra vervreemdende effect. Geweldige liedjes ook gewoon (Gwenno ken je uit de Pipettes en toerde later als keyboardist met Elton John). Zag haar sindsdien een paar keer live en dat was elke keer leuk maar ik ben zo langzamerhand meer toe aan nieuw materiaal dan nog een concert. Voor het optreden van afgelopen maandag maakte ik desalniettemin een uitzondering want de plaats van handeling was het Sam Wanamaker Playhouse, een zaaltje onderdeel van het Shakespeare Globe Theatre, en dat klonk als dat het wel eens iets bijzonders kon worden.

Volgens Wikipedia is de zaal gebouwd in de stijl van hoe dat in de 17e eeuw zou zijn gebeurd (maar volgens hedendaagse health & safety regelgeving). In tegenstelling tot het grote, bekendere podium is het overdekt maar als compensatie is het verlicht door middel van kaarsen. Het zaaltje is kleiner dan verwacht. De pit - voor de staanplaatsen - is niet veel groter dan m'n woonkamer. Dat er toch nog een paar honderd man in kunnen is dat de zitplaatsen twee verdiepingen hoog zijn en ook aan de zijkanten van het podium zitten. Maar het oogt heel erg sjiek hoor. Zelfs ondanks dat dat van die kaarsen niet helemaal klopt. Of in ieder geval niet het hele verhaal. In het plafond zitten ook gewoon moderne spotlights.

De organisatie van het theater heeft overigens wel een beetje moeite met het rock'n'roll-gehalte van de avond. Bij elke ingangs staat een vrijwillig(st)er met ehbo-badge en zaklamp om iedere bezoeker op het opstapje te wijzen en uit te leggen dat fotograferen toegestaan is maar gebruik van flits niet. Deze belangwekkende taak wordt afgewisseld met het af en toe streng naar de andere kant van het zaaltje lopen om concertgangers te vermanen hun biertje níet op de rand van het podium te zetten, want dat geeft kringen.

Als, tussen de bandjes door, de geluidstechnici instrumenten inpluggen en microfoonstandaards verplaatsen komt er een jongeman het podium op die de kroonluchters van het plafond naar beneden laat zakken om vervolgens de kaarsen te vervangen. Dat doen ze voor het effect toch? Ik bedoel, is het niet handiger om dat soort dingen gewoon tijdens kantooruren te doen als het podium niet in gebruik is? Ook loopt er, als het volgende bandje op het punt staat te beginnen, iemand door de lobby met een bel te klingelen. Dat zie je nou zelden als je een bandje gaat kijken in de Old Blue Last of de Lexington of een andere pub.

Gwenno maakt er op bescheiden wijze ook iets bijzonders van. Haar band bestaat vanavond uit een cellist en een bassist. Die laatste heeft zo'n Paul McCartney-bas en doet dan ook van die fijne warme zangerige melodieën. Het resultaat is een geluid dat iets minder scherp en juist knusser is dan op plaat. Het past goed bij de intiemere context. Wat ik wel een beetje jammer vind, en dat geldt eigenlijk voor alle voorgaande keren dat ik haar live zag ook, is dat Gwenno zelf achter haar keyboard staat. Dat oogt zo statisch. Ik heb de indruk dat ze dat onder meer doet om te laten zien dat ze muzikant is, verantwoordelijk voor de productie van haar platen, en niet zo maar een zangeresje dat de technische kant van het verhaal aan iemand anders, een man bijvoorbeeld, over moet laten. Jammer dat daar anno 2016 blijkbaar nog steeds mee geworsteld moet worden. Ik denk dat zo'n optreden van Gwenno dynamischer zouden overkomen als ze de mogelijkheid zou hebben zich iets vrijer en theatraler over het podium te kunnen bewegen. Vanavond maken de aankleding en context veel goed. We lijken nog wel even geduld te moeten hebben voor een nieuw album. Ook vanavond bestond de setlist weer louter uit nummers van Y Dydd Olaf.



pining for the fjords
hringvegur
instagram
pop muzik
bandcamp
facebook
e-mail
rss

front
job de wit
polderlicht
gert verbeek
toekomst hervonden
i always have a song

blogger statistics